Voorkom broei in ruwvoer: 7 tips!

Broei gaat ten koste van de voederwaarde, voeropname, productie en je werkplezier. Daarom helpen we je graag op weg om broei zoveel mogelijk te voorkomen. Op deze pagina lees je wat broei is, hoe het ontstaat en hoe je het kunt voorkomen. Broei is warmte in kuilvoer dat ontstaat doordat gisten melkzuur afbreken en omzetten in warmte. Deze gisten ontwikkelen veel sneller bij de aanwezigheid van zuurstof als gevolg van onder andere een slechte verdichting, gaten in de afdekking of te lage voersnelheid. De ontwikkeling van broei kan geremd worden door een goede verzuring van het kuilvoer, met name met propionzuur. Er is sprake van broei wanneer het kuilvoer 10°C warmer is dan de buitenlucht. Door deze warmte kunnen andere bacteriën en schimmels zich snel ontwikkelen.

De gevolgen van broei:

• Verlies van voederwaarde: Doordat voedingsstoffen worden afgebroken, daalt de kwaliteit van het voer en krijgt uw vee minder energie en eiwitten binnen. Het kan per dag al 3,5% droge stof kosten of 15 VEM per kg DS.
• Verminderde voeropname: Warm, muf of beschimmeld voer is minder smakelijk en wordt minder goed opgenomen door het vee.
• Gezondheidsrisico’s: Broei kan de groei van schimmels en bacteriën bevorderen, waardoor mycotoxines kunnen ontstaan.
• Slechter bedrijfsresultaat: Hogere voerkosten, lagere productieresultaten en meer arbeid om de problemen te verhelpen.

Tips om broei te voorkomen:

1. Kuil het liefst op een koel moment in, bijvoorbeeld ‘s ochtends. Ingekuild voer verliest niet snel zijn warmte en bepaalt dus voor lange tijd de temperatuur in de kuil.
2. Zorg voor het juiste DS%. Te droog product (>45%) laat zich lastig verdichten en houd dus meer zuurstof vast, te nat product (<35%) vertraagt de verzuring.
3. Goed aanrijden: een goede verdichting verlaagt niet alleen de hoeveelheid zuurstof dat wordt ingekuild, maar zorgt er ook voor dat bij het uitkuilen de zuurstof minder ver in de kuil reikt. Lees hier meer over hoe je goed kan verdichten.
4. Kuil als eerste de slechte stukken in. Heb je stukken die droog en/of stengelig zijn? Kuil die dan als eerste in, zodat deze de minst worden blootgesteld aan zuurstof en goed worden verdicht door het gewicht van de lagen erboven.
5. Dek zo snel mogelijk na het inkuilen af. Na het aanrijden van de laatste laag, moet je de kuil zo snel mogelijk afdekken. Zo kan de verzuring zo snel mogelijk op gang komen, en voorkom je dat de kuil de kans krijgt om op te warmen voordat het wordt afgedekt. Wordt de kuil 2,5 uur later afgedekt, dan kan dat al tot zo’n 6% extra verlies aan DS veroorzaken.
6. Zorg voor een luchtdichte afdekking: controleer ook na inkuilen regelmatig of er geen gaten in de afdekking zijn gemaakt door bijvoorbeeld ongedierte.

7. Stem de hoogte van de kuil af op de voersnelheid. Min. 1,5 meter per week in de winterperiode en min. 2 meter per week in de zomerperiode. Lees hier meer over de ideale voersnelheid.

Conclusie:

De gevolgen van broei zijn groot en kunnen veel kosten veroorzaken. Je kunt broei vooral voorkomen door een goede verdichting, luchtdichte afdekking en voldoende voersnelheid. Wil je meer weten over hoe je broei kunt voorkomen en je de conservering kunt optimaliseren? Plan nu een vrijblijvend adviesgesprek met een van onze ruwvoerspecialisten. Wij helpen je graag!